Geplaatst op 1 reactie

Belgen scoren aantallen

Het is even een tijdje geleden dat ik een stukje voor mijn blog geschreven heb. Gewoon geen tijd aan besteed door allerhande externe oorzaken. Zo was/is de boot aan een revisie toe en lag de prioriteit bij een studie. Hoogste tijd dus om het er vandaag maar eens te van gaan nemen. Ik vis met gasten uit België. Doorgaans komen Jan en Milan dan samen in de boot zitten, maar Milan moest studeren (Elektromagnetisme is een prachtig onderwerp Milan!) Zijn moeder zag haar kans schoon en stapte mee aan boord. Vandaag zijn dus Anja en Jan mijn gasten. Bij de trailerhelling, nog voor het weggaan, stelt Jan mij de vraag of dat wel kan, een vrouw aan boord? Ik moet lachen, vertel hem dat er vroeger bij de Marine, tegenwoordig kan dat niet meer natuurlijk, een uitspraak was die luidde: ”Een vrouw en een kip zijn de pest voor je schip!” “Maar vrouwen zijn natuurlijk zeer welkom aan boord, mijn eigen vrouw wil ik ook nog graag weer eens meenemen Jan.” Allemaal gein natuurlijk. 

Anja en Jan

Het weer dat ons vandaag beloofd is lijkt goed. Toch “pingt” buienalarm me even aan als we net vertrokken zijn. De donkere wolken met neerdalende sluiers die uit het noorden naderen bevestigen de “ping”. Even later, we zijn net begonnen met vissen, haalt de wind stevig aan. De regen, vermengt met een beetje hagel, daalt neer. Gelukkig varen we voor de wind waardoor de koude wind een beetje buitenspel wordt gezet. Daardoor zitten we wel ietsje langer in de regen. Niet lang na aanvang gaat er aan de hengel in de steun een snoekje hangen. De hatelijke nul is weg! Ook Jan vangt kort daarna een snoekje. Bij Anja wil het echte niet lukken. Ze wisselt de van Salmo Hornet door een andere kleur te kiezen, maar dat mag geen soelaas bieden. Jan en ik vangen beide nog een aantal snoeken. Inmiddels is het droog geworden en ik weet nu waarom Anja nog niets gevangen heeft. De camera is niet gemonteerd! Omdat het nu droog is kan dat. Anja wisselt nu naar rode Timber Tiger. Toch moet ze nog even geduld hebben. Pas bij de tweede trek onder een brug door wordt de eerste snoek door haar gehaakt. En dat zulks naar meer smaakt doet zich gedurende de dag blijken. Het is zo’n dag! Het is zo’n dag waarop je gedurende de dag in een min of meer regelmatig ritme snoeken blijft vangen. Mijn ervaring is dat je doorgaans in deze tijd van het jaar snoeken kunt betrappen op bijtmomenten. Meestal resulterend in een stuk of drie achtereen en daarna weer even een stille periode. Vandaag dus niet. Goed je kunt de klok er niet op gelijk zetten maar we vangen met grote regelmaat een snoek. Een andere wetmatigheid op dit soort dagen is dat je er bijna nooit een snoek vangt die richting of over een meter gaat. Ik hoop dan altijd op een uitzondering die de regel bevestigd. Vandaag is dat niet het geval. 

De dag wordt zonovergoten. De zonnepanelen op mijn dak doen vreselijk goed hun best om de stralen van januari-zon om te zetten in de nodige kilowatts. We genieten van snert, een droge worst en cup-cakes. Op de terugweg merken we dat tegen de wind in varen toch een jas scheelt. Het gaat zoals eerder omschreven. Anja die na de eerste snoek de smaak goed te pakken heeft gekregen vangt vandaag maar liefst vijftien exemplaren uit de Esox-familie. Samen met de aantallen die Jan en ik naar de oppervlakte halen brengt dat het niet geringe aantal van 48 snoeken op de teller. Inderdaad het is zo’n dag! Anja en Jan bedankt voor de mooie dag. Misschien toch vaker vrouwen aan boord?

Geplaatst op Geef een reactie

Een bijzondere dag

Een bijzondere dag

“Pap je weet toch dat wij naar Bali gaan en we willen graag  je GoPro mee nemen, mag dat?”, was de vraag van mijn jongste en vanzelfsprekend had ik ja gezegd.

“Wolst it wykein ek mei mij te fiskjen” luidde het appje wat ik van Popke kreeg. Ik hoefde geen seconde na te denken en bevestigde deze afspraak op vandaag. 

Het is even geleden dat ik een hengel in de handen hebt gehad.  Soms gun je jezelf niet de tijd om dat te doen en dat is in principe dom. Want wat is er belangrijker dan in goed gezelschap met een hengel in de hand, je door het Friese polderlandschap te laten sturen? Toegegeven het is bekend terrein. Honderden keren ben ik hier al langs gevaren. Al die keren hebben bijzondere verhalen opgeleverd en vandaag zou ook zo’n dag worden. Waren het de ruigpoot buizerds en de kiekendieven die het bijzonder maakten? Was het mijn vismaat die samen met mij door dit landschap ging? Waren het de kieviten die alweer neergestreken zijn of was het genieten van een kop hete snert in het zonnetje uit de wind achter de rietkraag die de dag zo bijzonder maakte? Laat ik het verhaal maar gewoon vertellen. 

Het schitterende weer maakte de dag op zich al goed, nu zouden we gaan merken of de snoeken al op het prachtige weer gereageerd zouden hebben door al aan het paaien te gaan. In dat geval zouden we niet op veel aanbeten hoeven rekenen. Daar leek het in het begin ook op. Na een dik uur trollen hadden we eigenlijk geen overduidelijke aanbeet gehad. Wel eens een vermeende tik, maar ik mag daar dan graag een kolk bij zien en als ik die niet waarneem dan betwijfel ik of het een aanbeet is. Dat heeft alles met de waterdiepte te maken natuurlijk die hier op zijn diepst 1,5 m is. Maar daarna opende Popke de score en niet lang daarna meteen een tweede snoek er achter aan. De pike fighter deed zijn werk.  Korte tijd later werd de Yakki opgemerkt en werd een mooie winter snoek van dik in de zeventig geland.  Sinds mijn laatste trip naar Denemarken, waar ik de schade van dreggen in een hand heb mogen ondervinden, heb ik vaak een schepnet in de boot. Vandaag vissen we echter in de boot van Popke en hebben we zo’n ding niet bij ons. Ik moet even focussen omdat de Yakki dwars in de bek zit en er dus dreggen aan twee kanten vast zitten. Ik pak goed beet en landt de mooie dikke wintervis die bovendien nog een snoekje van in de 40 cm in zijn keel en buik heeft zitten. Waarom zo’n snoek een plug pakt vraag ik mij af. Maar goed we hadden eigenlijk vier snoeken op de teller waarvan laatste twee ineens;).

Net als Popke en ik een zijvaart in varen merken we de kieviten op die al moeite hebben met de aanwezigheid van buizerds. Het licht voor het voorjaar staat op groen. En dat is bijzonder, vorig jaar op 4 maart stonden Popke en ik nog op de schaats en reden we door de Venen. Veertig jaar geleden op 14 februari ging Nederland gebukt onder heftige sneeuwstormen. En nu staan er dubbele cijfers op de thermometer! We vangen nog een snoekje, komen erachter dat we allebeide amateurs zijn als een hengel in de steun zich meldt wanneer we door een duiker varen en het topje keurig langs het betonnen plafond schuurt. Die moeten we straks wel even nakijken. Dan is Popke aan de beurt en de beukende hengel geeft aan dat het een serieuze vis. Popke zet de motor neutraal en ik haal de overige hengels in. Het is een machtig mooie puntgave wintersnoek die de meter net niet haalt. Nu zijn we niet van de millimeter neukers. Een metersnoek heeft dat massieve, stoeprand achtige dat het pakken achter de kop onmogelijk maakt. Waar een bek op zit die respect afdwingt als de snoek n haar poging dit rare prooidier kwijt te raken haar wijdt openspert, waardoor de kieuwbogen hun felrode kleur tonen. Kortom een puntgave metersnoek. Een snoek die, als je het mocht kunnen voorspellen, het waard zou zijn om in super slecht weer toch te gaan vissen. We schudden elkaar de hand, teamwork is dubbel genieten. We vervolgen onze toch met een niet te beschrijven, maar door een iedere sportvisser te herkennen, voldaan gevoel.  

We naderen een spoorbrug en we weten dat daar ook wel een snoek te vangen moet zijn. En net als je denkt dat je er verstand van hebt, wordt je keihard met je neus op de feiten gedrukt. Geen aanbeten onder de brug. Op het stuk na de brug vangen we nog een viertal mooie snoeken, niet zo mooi als die meter van net, maar gewoon mooie vette wintersnoeken. We wilden eigenlijk hier even pauze houden maar de wind is nog koud en ze hebben hier de rietkragen gemaaid! We draaien om en vissen hetzelfde traject terug. Het is wederom de beurt aan Popke, een doffe tik gevolgd door dood gewicht en dan weet je het wel. Even wachten tot het kopschudden begint en je hengel vette buigingen in het ritme daarvan laat zien. Het motortje weer neutraal, de andere hengeltjes binnengehaald en gereedmaken voor het landen van alweer een meter? We flitsen even door de geschiedenis van onze gemeenschappelijke visdagen. Hier  vingen we ooit een metersnoek met een dikke kop en een dun lichaam. Zou het dezelfde zijn? We landen een super mooie snoek van 100+ cm. Niet die magere maar wel met een dikke kop. Het is een bijzondere dag. 

Nu is het tijd voor een onderbreking. We varen naar de plaats achter de rietkraag waar het in het zonnetje goed toeven is. De snert zorgt voor de boost die ons door de rest van de dag moet slepen want, oh wat hebben we het zwaar. 

“Hans, iets in mij zegt dat we dat stuk naar de brug nog een keer moeten afvissen”, zegt Popke na de snert. Wie ben ik om Popke te negeren, Dat gaan we doen P. We varen het stuk terug en nu is het de follow me die  bruut genomen wordt. De omgebouwde ééndelige compre buigt in al haar vezels. “Beste snoek Popke, do hiest gelyk! Na een mooi gevecht ligt ze naast de boot. Ze lijkt net op een velletje vast te zitten.  Wie de follow me kent weet dat je extra op moet passen bij handlandingen. Het lukt en ik moet iets verder doortillen om deze snoek in de boot te brengen. Na de landing blijkt dat velletje behoorlijk moeilijk te onthaken. Deze was niet zomaar losgeschoten. Het meetlint raakt net de 110 cm niet aan. Wat een bak roepen we beide.  Wederom geven we elkaar de hand en kijken elkaar even diep in de ogen. Machtige mooie dag Popke. 

Geplaatst op Geef een reactie

Een prachtige visdag!

Als Fred aanbelt heb ik er al een dag opzitten. Hij moest natuurlijk vroeg op vanwege de afstand die hij moest overbruggen maar ik kreeg te maken met een stijf bevroren aantal touwen waar het dekzeil van mijn boot mee vastzit. Voeg daarbij nog even de auto waar ook de ruiten van moesten worden gedaan dus u begrijpt dat het even duurde eer de boot klaar stond. Fred en ik drinken een bakje koffie. Het eerste wat hij verteld is dat de temperatuur, met waar hij vandaan komt, 4 graden gedaald is. Er ligt ijs op de slootjes Hans! Ik maak me over de route van vandaag geen zorgen. We kleden ons daarna warm aan en vetrekken. De al oude PoasK glijdt even later door het water in de richting van de Swette. We zitten eigenlijk onmiddellijk op de praatstoel en ik vergeet dus op voorhand de camera te installeren. Fred vangt al snel twee snoeken. We varen door richting Leeuwarden en vangen onderweg zo nu en dan een snoek. En dan komt Fred ineens met een verjaardagscadeautje voor mij op de proppen. Een Swigg. Zo’n cadeau moet je natuurlijk onmiddellijk nat maken en niet veel later levert dat ook de eerste snoek op. We vissen al pratend verder en scoren op gezette tijden een snoek. Het grootste exemplaar gaat ook aan de nieuwe Swigg hangen en meet 92 cm. Onderweg haak ik nog een brasem. De Swigg blijkt een “allesvanger”! Even verderop komen we vismaat Jacob tegen, hij sleept samen met zijn vader met lepels en ook zij zijn inmiddels op een mooi aantal snoeken. Op de terugweg blijken de snoeken ook nog wel te willen bijten. Fred vist inmiddels met een tweedelige plug en die willen ze maar al te graag nader bestuderen. Zo schroeft hij de score behoorlijk op. De grijs op zijn gezicht wordt alsmaar groter. Het is bijna donker als hij de laatste snoek scoort en de twintig volmaakt. We trailer in schemering en genieten thuis nog even na van een “kaasplankje” en een piepklein biertje. Een topdag Fred!

Geplaatst op 1 reactie

Milan en Jan op 2 november 2018

Al enige weken geleden nam Jan contact met me op. Of we nog eens konden vissen. Vanzelfsprekend kon dat. Ik moest even een flex-dag verschuiven maar dat was snel opgelost. Ook Milan ging weer mee. Om even voor de klok van achten spraken we af bij de trailerhelling. We voeren door een prachtige zonsopkomst in de richting van de Swette. We waren nog maar kort onderweg of de hengel in de steun ging krom staan. Je kunt ook nooit eens koffiedrinken of er moet wat gebeuren. Een snelle blik over mijn schouder zag een mooie rug door het water gaan. Ik nam de hengel uit de steun en gaf  haar, de hengel is handgemaakt voor mijn vrouw en draagt ook haar naam dus ja, haar, aan Milan. Hij drilde op aanwijzing een, wat achteraf 100 cm snoek bleek te  zijn. Een ferme deuk in haar rug vormde schijnbaar geen belemmering om deze grootte te halen. Dan kun je net zo goed weer naar huis gaan want dan is de dag al geslaagd. Natuurlijk deden we dat niet. We zetten onze visdag voort. In het werkelijk kraakheldere water van de Friese boezem was het goed snoeken verleiden vandaag. In ieder geval met kunstaas want de twee, dood-aas-vissers, die we onderweg tegen kwamen konden maar geen snoek aan de schubben komen. De timber tigers in diverse kleurschakeringen hadden geen moeite met het verleiden en haken van snoeken. Natuurlijk is er op zo’n dag iemand spekkoper. “Hij heet Milan en is de man die vissen kan!’, was de kreet die al snel gebezigd werd. En het ging maar door, niet om de vijf minuten maar op geregelde tijden werd er een snoek gevangen.  Opmerkelijk was het moment waarop de snoek die Milan haakte ook nog mijn plug meenam in haar aanval waardoor er twee pluggen in de snoekenbek prijkten. Nu komen we uit op een 0,5 bezigde Jan nog en dat komt ook niet vaak voor;). Enfin aan het einde van de dag genoten we bij mij aan de keukentafel van een biertje en een hapje. We konden nog mooi napraten over een schitterende visdag die met een gouden randje begon en met een Grande Prestige, dus ook een gouden randje, eindigde.

Geplaatst op 1 reactie

Glenstrup in september

Het zit er weer op, het traditionele weekje vissen met Luuk en Frans. Een traditie die vorig jaar weer nieuw leven in werd geblazen na een aantal jaren stilte. Waarom dan toch een traditie hoor ik u denken. Traditie omdat wij drieën ons ooit in een situatie bevonden, die verbonden voor het leven smeedt. Dus een ideale week om oude herinneringen op te halen, de dagboeken van het verleden na te pluizen op mooie anekdotes en oude foto’s te raadplegen. Voeg daarbij een gezellige alcoholische versnapering, het gemoedelijke huisje met zijn houtkachel, vriend Egon en de schitterende omgeving en je hebt het werkelijk over een aantal dagen onthaasten.

Glenstrup leer je eigenlijk nooit helemaal kennen. Het is net als de beurs, resultaten in het verleden zijn geen garantie voor de toekomst. Toch hebben we in de loop der jaren wel een aantal “problemen” uit het verleden opgelost. Aasvis vangen is bijna nooit meer een probleem, ze in leven houden al evenmin. Het zuurkoolvat met gaten doet al jaren trouwe dienst en is prima geschikt om een twintigtal grote voorns te conditioneren. Kortom we leren het langzaam maar zeker. Er is eigenlijk maar een ding wat roet in het eten kan gooien gedurende zo’n week en dat zijn verwachtingen. Het gevoel hebben te moeten scoren. Ieder jaar reis ik af met de bedoeling de week te nemen zoals zij komt. Vanzelfsprekend zijn er in de loop der jaren diverse visstekken in de kaartplotter bewaard. Ik neem me ieder jaar weer voor om er een aantal bij te vinden want, wie altijd naar de geëigende stekken terugkeert vindt nooit nieuwe.

Frans, Luuk en ik vissen de eerste dag uitsluitend trollend. We kunnen het meer even schouwen, waar staan de plantjes, hoe los zijn de snoeken? De eerste dag sluiten we af met een tiental mooie vissen. Frans ving ook nog een prachtige baars op de plug. Aan het einde van de dag zochten we een waypoint voor voorns en ankerden op die plek. We vangen de voorns aan een paternoster systeem met twee haken geaasd met een worm. Zijn de wormen heel dan vang je bijna altijd baars, zijn er stukjes vanaf dan is het voorn die de haken beroerd. Doorgaan vangen we de voorn op 10 meter diepte. Op gevoel, prachtig zoals sommige aanbeten zijn. Op deze manier scoren we in een uurtje een dertigtal bruikbare voorns en een even zo groot aantal onbruikbare. Voor het gevoel te groot maar we weten allemaal beter. Te groot voor de aaston dan maar? Voeg daar nog een zelfde aantal baarzen aan toe en je mag concluderen dat er voldoende vis aan de handen heeft gezeten. We halen wat slaap in en zijn de volgende dag in een dikke wind weer op het meer. We vissen met levend aas op de stek die gisteren met kunstaas de meeste snoeken opleverde. Waarom, omdat daar snoeken zijn. Ik veronderstel dat je nooit alles vangt en dus loont het de moeite om daar te gaan vissen. Op een andere manier. We scoren al snel een aantal snoeken maar na verloop van tijd en een aantal keren zijwaarts verkassen stoppen de aanbeten. We besluiten weer te gaan trollen. Onderweg vangen we nog een aantal waarmee de score van deze dag op 20 stuks komt. Wij klagen niet en genieten van iedere vis en de omgeving. Onstuimig wordt het meer en na een mooi stukje golven bonken, de naast het vissen, favoriete bezigheid van Luuk en Hans, keren we terug naar het huisje.

De derde dag  staat weer voor een groot deel in het teken van levend aas. Als de vissen op zijn gaan we weer trollen. Het is een dag als die van gisteren alhoewel de wind een stuk minder is. Ook de aantallen snoeken zijn minder maar met elf op de spreekwoordelijke teller hoor je ons niet klagen. In de avond drinken we een borrel met Egon en maken we plannen voor de laatste visdag. We beginnen met levend aas vangen. Driekwartier later verkassen we naar de beoogde leven aas plek. Er verschijnen die ochtend nog twee boten op het water. Ik ken ze, ze vissen hier al jaren. Ook zij beginnen met het trachten te vangen van mooie voorns. Ondertussen gaan bij ons de dobbers regelmatig onder. Het zijn allemaal metersnoeken die we net een paar jaar te vroeg vangen, maar wij zijn tevreden met snoeken tussen de tachtig en de negentig. We verkassen met de wind mee, onderwijl het talud bevissend. De wind trekt weer aan en ondanks twee ankers blijft de boot een beetje krabben. Zo sleuren we twee ankers door de plantenbedden die we beogen te vissen. Het blijft niet zonder resultaat.  Ook een andere boot gaat zich nu aan het vissen op snoek wijden. Ze driften dwars op de wind over een deel van het meer. Dan weer langzaam tegen de wind in trollend terug.  Als de snoeken even pauze lijken te houden trollen wij naar de westzijde van het meer. We vertoeven daar de rest van de dag. Op de terugweg, voor de wind, gaan we nog een keer voor anker. We bieden nog een keer een aantal aasvissen aan. We vangen prachtige snoeken. Dan wordt het tijd om huiswaarts te keren. We trollen even langs de andere boten. “Wat doe jij hier?”, klinkt het als er herkenning plaatsvindt. “Jij zou pas volgende week komen!” Ik vertel ze dat ik in de gelukkige omstandigheden ben dat ik twee keer kort achter elkaar dit meer mag bevissen. We wisselen even kort wat ervaringen uit en dan trollen wij terug naar de steiger. Onderweg vangen we niets meer maar dat maakt niet uit. Dwars op de golven rolt de boot heerlijk onder ons, we hebben weer genoten. Met 23 snoeken op de laatste dag neemt Glenstrup afscheid van Frans en Luuk. Ik knipoog en zeg tot volgende week, dan vangen we snoek.

Geplaatst op Geef een reactie

Denemarken mei 2018

Net als in het vorige bericht is er hier sprake van achterstallig montagewerk. Sowieso want het was voor mijn vismaat John meer dan achtentwintig jaar geleden dat hij samen met mij op Glenstrup was. John en ik vierden toen mijn vrijgezellenweek. We hebben heerlijke herinneringen opgehaald en onder prachtige omstandigheden gevist. Ook voor mij was het heel erg lang geleden dat ik in mei op dit meer gevist heb. Ik werd geconfronteerd met zaken als andere vogels, andere natuur en niet geheel onbelangrijk waar zit de aasvis in mei? Uiteindelijk zijn snoeken ook prima aan baars te vangen en die was op de oude vertrouwde stekken te vinden. Kortom voor herhaling vatbaar!

 

 

Geplaatst op Geef een reactie

Denemarken oktober 2017

Soms blijft, zonder duidelijk reden, filmmateriaal liggen wat eigenlijk al lang gepubliceerd had moeten worden. Vandaag post ik op dit bericht dat eigenlijk al in oktober 2017 hier had moeten staan. In de aanloop naar mijn eerste keer in Denemarken van vorig jaar sprak ik met Popke over het aankomende avontuur. We moesten ook maar eens die kant op opperde Popke toen. Het laat zich raden, agenda’s werden geraadpleegd, verlof werd aangevraagd en de reis gepland. We hebben samen vier dagen gevist op dit prachtige meer. De eerste drie dagen waren gewoon goed te noemen. Met een gemiddelde van 10 snoeken per dag, grote hoeveelheden voorn en baars en prima weer kun je het moeilijk slecht noemen. Als anekdote valt in deze week te vermelden dat de auto dusdanig vast zat, dat een bergingsbedrijf met een UNIMOG moest komen om mijn Volvo eruit te lieren. Veel kijkplezier.

Geplaatst op Geef een reactie

Winterse omstandigheden.

Er zijn van die dagen dat je het al weet. Als je ’s morgens het stijf bevroren zeil van je boot trekt en alvast begint met ruitenkrabben. Het wordt een koud dagje vandaag! Je laad de boot in, koppelt hem aan en gaat dan nog maar even naar binnen. Jacob komt pas om half negen, een dik half uur nog! Ik zet de pan met snert op een laag pitje en kook alvast water om de thermoscans voor te verwarmen. Ik ben in het bezit van een modern koffiezet apparaat maar er gaat op zo’n koude dag niets boven een met de hand opgeschonken kopje koffie met een snufje Buisman. Het bruine vocht zakt gestaag door het filter en de vallende druppels echoën in de warmhoudfles. De boterhammen voor mee worden gesmeerd en voor als het echt te gek wordt, een banaan. De snert is inmiddels heet en ook kan in mijn “bootkist”. (Ik heb een grote kunststof koffer met deksel, een opberg box eigenlijk, die ik meeneem in de boot. Al mijn kunstaas en toebehoren zit in die kist. Hij dient verder als tafeltje en droge plaats voor mijn camera’s. Het mooiste van alles, je tilt alles in één keer in de boot.) Als Jacob aankomt laden we zijn spullen over en rijden we naar de beoogde visplaats.

Onderweg blijkt het verraderlijk glad. We glijden de bochten door en op de eerste doorgaande weg aangekomen blijkt ook die glad te zijn. Een jongedame heeft de gevolgen daarvan ondervonden en staat dwars in de berm. We glijden richting verder. Op de plaats van bestemming aangekomen inspecteren we de helling op gladheid. In deze tijd van het jaar heb ik altijd een emmertje strooizout in de auto liggen en niet zonder reden. Ook nu komt hij goed van pas. Kunnen we in ieder geval veilig traileren.

Als de boot te water is varen we nog maar nauwelijks of de eerste snoek hangt al aan een Timber Tiger. Jacob onthaakt haar terwijl ik snel de filmcamera pak en uit de hand film. Ik monteer meteen daarna de camera en we vissen verder. Het weer is werkelijk schitterend, het water helder dus alle ingrediënten voor een mooie visdag zijn daar. Ik heb ondertussen eindelijk de GoFish camera thuisgestuurd gekregen en besluit even een poging te wagen wat filmmateriaal te schieten voor een eerste indruk. Het nadeel van alle camera’s die geplaatst worden tussen hengel en aas, dat je het gevoel met je kunstaas kwijt bent. Jacob en ik zijn beide van hetzelfde type, het gaat voor een groot deel ook om de aanbeet. Aan een bijhengel vangen is niet verkeerd, maar minder leuk. Ik vis de camera aan de handhengel en moet dus even een concessie doen. Ik ben dan ook blij dat Jacob een snoek vangt zodat we onder water een snoek op de gevoelige plaat kunnen vastleggen, daarna verwijder ik de camera weer. We varen een stukje over groot water met als doel een dorpje uit te kammen. Daar zijn de snoeken in de winter en toch vangen we een snoekje midden op een meer dat we oversteken. Maar op de eerste stek aangekomen zijn de snoeken niet te verleiden, misschien is het weer te mooi, ik weet het niet en het is ook niet belangrijk. Pas de tweede stek is het weer een snoek die zich meldt. We scharrelen ze wel bij elkaar op zo’n dag.

Halverwege de middag betrekt het en wordt het gevoelig kouder. We hebben het wel gezien. Een mooie dag!

Geplaatst op Geef een reactie

De eerste stappen naar een nieuwe site

Welkom op mijn nieuwe site. Initieel is de site bedoelt als blog. Ik heb schrijven altijd leuk gevonden en al redelijk wat gepubliceerd, kijk maar eens op pagina Oude bekenden voor een duik in het verleden. Op mijn welkomstpagina staat vermeld dat ik na zestien jaar bedrijfsmatig met de hengelsport te zijn bezig geweest, ik nu een andere weg insla. Dat wil zeggen eigenlijk ga ik terug na de basis. Ik heb in de zestien jaar wel geleerd dat er niet heel veel nieuws onder de zon is. Dat die de zogenoemde vernieuwing meestal verkooppraatjes zijn. Ik zal er ooit eens een blogje aan weiden. Tot die tijd ben ik bezig met het uitvinden van WordPress en aanverwante zaken om de website steeds een beetje  beter te maken. U hoort van mij.

Geplaatst op Geef een reactie

Geen kromme Schreiner

Vandaag is de dag dat ik een heel stuk terug stap in de tijd. Voor de lezers die toevallig in het bezit zijn van mijn boek verwijs ik graag naar pagina 29, het hoofdstuk Kunstaas passie en dan het cursieve gedeelte waarin het verhaal van Sape zich afspeelt. Ik vis vandaag, in tegenstelling van wat ik in mijn boek schrijf, met een hengel uit het begin van de jaren zeventig. Ze behoorde ooit toe aan de eerder genoemde visser die er vele snoeken aan gevangen heeft. Sape heeft reeds lang ons midden verlaten en vertoefd, denk ik, ergens op de eeuwige jachtvelden met in zijn hand een exacte kopie van de hengel die ik dus van hem geërfd heb. Ik tuig de 10 grammer van fairplay met een Zebco Omgea 144 molentje voorzien van 18/00 nylon (2,5 kg) van Berkely. Het voelt meteen vertrouwd als ik de hengel ter hand neem en net na het opspoelen van de nieuwe lijn even een paar proefworpen in mijn huiskamer maak. Ik tuig de hengel verder met een anti kink vaan, een spinstang en een 35 mm LUXOR Rafale spinner. Verder steek ik een doosje met wat reservemateriaal bij me, een onthaak tang en eigenlijk ben ik nu klaar voor de mooiste manier van vissen. Vanzelfsprekend gaan er een Gopro mee waardoor het materiaal toch nog wat uitgebreid wordt maar veel meer dan een harnas voor de borstmontage en de camera zelf is het niet.

Het is twaalf uur als Jacob voorrijdt. We gaan niet een gehele dag maar gewoon een paar uurtjes vanaf de kant. Onderweg kom ik erachter dat het behoorlijk koud is en er overal een dun laagje ijs op het water ligt. Gelukkig is het beoogde watertje ijsvrij en we beginnen vol goede moed. Ik dus met de eerder genoemde combinatie en Jacob vist met een streamer. Jacob is de eerste die snoek waarneemt maar meer dan het bekijken van zijn streamer vindt er niet plaats. Ook mijn spinnertje wordt stelselmatig genegeerd. De Zebco laat het na een goed half uur afweten en ik moet noodgedwongen overschakelen op de Shimano. Na een kleine driehonderdmeter polderwater secuur te hebben afgevist, zonder ook maar meer waar te nemen dan het eerder genoemde resultaat, besluiten we te verkassen. Bij het nieuwe watertje aangekomen blijkt het al niet veel beter. Omdat de natte sneeuw ons om de oren vliegt verkassen we, tegen de bui in, richting huis. Onderweg doen we nog een watertje aan maar ook dit water blijft eensgezind met de andere watertjes en laat ons prachtig vissen maar van vangen is vandaag geen sprake. Geen kromme Schreiner, geen mooi ratelend slipje, een dag met nul vissen, twee ijsvogels, vier reeën en onnoemelijk veel overig natuurschoon.